Vaderdag

Vaderdag
Het haventje van ons mooie dorpje lag te glimmen in de zon. Aan de passantensteiger lag een plezierjacht van het formaat postcodeloterij-winnaar behoorlijk lelijk te wezen. Ome Arie compenseerde die lelijkheid met zijn forse gestalte, zijn markante grijze kop met een kromme pijp in de mond volledig. Ik parkeerde mijn scootertje en sloot me bij hem aan. Het was verder vrij rustig. Vaderdag. De dag, dat kiezelstenen met wat verf worden omgetoverd tot ‘presse-papier’, of het binnenste van w.c.- en keuken-rollen tot pennenhouder. In dat in een tijd, dat er vrijwel geen pen en papier meer gebruikt wordt. En blij, dat vader ermee is! Het zou tevens de dag van het amateurtoneel kunnen zijn!
Een aantal vaders had eerder deze week al hun mooiste cadeau gekregen. Aan veel gevels hing de vlag met de schooltas. Geslaagd! Ik herinner me nog de dag, dat ik slaagde voor mijn H.B.S. (inderdaad, ik heb nog een antiek diploma: H.B.S.-b, de beta variant). Mijn vader glom! (Hij had ook H.B.S.-b). We gingen direct naar mijn oma in het verpleeghuis in Zwijndrecht om haar het goede nieuws te vertellen. Op de terugweg gingen we langs de pijpenwinkel. Daar kreeg ik een mooie pijp. (Dat waren andere tijden. Toen was roken geen taboe.) En, nog mooier, later, toen mijn eigen dochters de vlag konden uithangen. Hoe mijn jongste, toen ze hoorde, dat ze geslaagd was, als een dolle hond door de tuin rende en sprong. Pure vreugde. En daardoor ook tranen in mijn ogen. (Nu weer…)
Prachtige herinneringen. Vaderdag? Het is voor mij iedere dag vaderdag.
Ome Arie keek opzij: “wat is er, meneer Ype?”, vroeg hij een beetje plagerig, “Geen vaderdag-cadeau gekregen?” “Ik hoef geen cadeaus, ome Arie, ik hoef geen cadeaus. Ik heb alles al.”