Oerrr

Vakantietijd: een horde kinderen had zich verzameld bij het haventje van Nieuwendijk, opstappunt van het pontje naar Tiengemeten. Ouders droegen enorme tassen waarin, behalve de nodige versnaperingen, waarschijnlijk ook droge kleren voor hun kroost, want op Tiengemeten was een modderpoel omgeschoold tot kinderspeelplaats. Uiterst leerzaam.

Mijn scootertje was gelukkig weer gemaakt. We waren er samen, maar nu op onze tweewielers op ons dooie akkertje naar toe gereden. Onderweg hadden we genoten van de geur van de zomer, een paar druppels van een beregeningskanon en zelfs van de stofwolken welke werden veroorzaakt door enorme oogst-machines waar met grote letters ‘New Holland’ op stond. Alweer augustus.  Het pontje voer rustig het haventje binnen. Aan boord zaten vermoeide ouders met hun uitgelaten kinderen, sommigen nog met de moddersporen op hun blije gezichtjes. De eerste lichting ‘Oerrrr’-jeugd, zo heet die speelpoel, terug van het eiland. Het terrasje bij de kaartjesverkoop stroomde leeg richting veer, waardoor wij een ruime keuze aan zitplaatsen kregen met uitzicht over de ontscheping van het pontje. Als laatsten een ouderpaar met twee koters. De man zat onder de bagger en zoonlief liep nogal ongelukkig. Moeders’ gezicht stond op onweer. Vlakbij ons tafeltje stopte het gezinnetje. “Ik haal de auto wel, blijven jullie hier maar even wachten”, bitste ma-lief. Ze beende richting parkeerplaats. De man keek ons verontschuldigend aan: “Ze is een beetje nijdig.” Dat was ons ook al opgevallen. Hij wees op het zoontje: “Hij was in de modderpoel zijn laarsje kwijtgeraakt.” Hij zuchtte: “Dus ik doe mijn schoenen en mijn sokken uit, stroopte mijn broekspijpen op en ben gaan zoeken, maar dat viel niet mee. Ik zat tot mijn oksel in die bagger te wroeten…” Dat verklaarde zijn besmeurde kleding. “En toen ik eindelijk het laarsje gevonden had, moesten we rennen om de pont te halen. Er was geen tijd meer om de modder van ons af te spoelen bij de daarvoor aanwezige kraan.” Ome Arie knikte: “En uw zoontje kan bovendien ook niet zo hard lopen, zag ik?” De man zuchtte: “Normaal wel, maar op de pont zagen we pas, dat ik in plaats van het vermiste rechter laarsje een tweede linkerlaarsje uit die rotmodder had gevist…” Wij schoten in de lach. “Ja,lach maar, dat deden ze op de pont ook! Ik sloeg een modderfiguur…”